, [], Whether the articles of faith are suitably formulated?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Jezus zeide tot hem: [17]Ben Ik zo langen tijd met ulieden, en hebt gij Mij niet gekend, Filippus? Die Mij [18]gezien heeft, die heeft [19]den Vader gezien; en hoe zegt gij: Toon ons den Vader? 17. Namelijk met mijne leer en werken zo dikwijls getoond hebbende wie Ik ben. 18. Dat is, recht gekend heeft. 19. Namelijk in mijn persoon, dewijl de Vader en Ik van een wezen en macht zijn; hfdst.10 vs.30.